Tunisch gehaakte trui in ruitmotief

In deze tunisch gehaakte trui is een ruitmotief verwerkt. De gebruikte steken zijn de tunische basissteek, de tunische tricotssteek (of Knit Stitch) en de tunische Full Stitch. Het motief ontstaat door steken te minderen door ze samen te haken en steken te meerderen met de tunische Full Stitch.
Het gebruikte garen is Soft Tweed mix van Drops. De aanbevolen haaknaald is 4, maar het vest is gehaakt met haaknaald 6. Er zijn 11 bollen gebruikt (voor maat S).

Patroon

Voor het model is geen patroon gebruikt. Als voorbeeld is een bestaande trui gebruikt. Aan de hand van een proeflapje is uitgerekend hoeveel steken nodig waren. Daarbij is er rekening mee gehouden dat het werk uitrekt door het spannen (blocken). Je kunt eventueel ook het proeflapje eerst spannen en daarna het stekenaantal uitrekenen.
In de beschrijving hieronder worden de stekenaantallen genoemd voor de trui op de foto. Deze trui is op maat gemaakt. Het is verstandig om een eigen berekening te maken en steeds te passen op een model dat goed past.

Aan weerszijden van de panden is een aantal gewone tunische basissteken gehaakt. Door dit aantal aan te passen, kun je gemakkelijk de breedte van de panden aanpassen.

Motief

Kijk voor het motief bij Tunisch ruitmotief.

Boorden

De boorden zijn gehaakt in tunische basissteek en tunische averechtse steek: steeds 2 tunische basissteken en 1 tunisch averechtse steek.

Rugpand trui

De boord is gehaakt op een ketting van 76 lossen. Na 5 cm in boordpatroon, is een toer gehaakt in tunische basissteek. In deze toer zijn 5 steken gemeerderd, tot 81 steken. Daarna is verder gehaakt in het ruitmotief. Het ruitmotief is gehaakt over de middelste 71 steken (6 ruiten). Aan beide kanten zijn 5 gewone basissteken gehaakt. In dit ruitmotief is gehaakt tot de gewenste totale hoogte. Na de laatste toer is nog een toer in halve vasten gehaakt.

Voorpand trui

Het voorpand is op dezelfde manier gehaakt als het achterpand, tot de hoogte van de V-hals. Met de V-hals is begonnen op een hoogte van 5 ½ ruit in de hoogte. Het werk is vanuit het midden, precies tussen 3 ruiten aan weerszijden, verdeeld in 2 gedeelten van 40 steken. In 11 toeren is steeds 1 steek geminderd aan de halszijde. De minderingen lopen gelijk met het ruitmotief. Daarna is nog 2 keer in elke 2e toer 1 steek geminderd. Je houdt dan nog 27 steken over. Haak daarover verder in ruitmotief, tot de hoogte gelijk is aan de hoogte van het rugpand. Na de laatste toer is nog een toer in halve vasten gehaakt.

Mouwen trui

Voor elke mouw is een boord gehaakt op een ketting van 34 lossen. Na 5 cm is een toer in tunische basissteek gehaakt, waarbij 17 steken zijn gemeerderd, tot 51 steken. Hierna is verder gehaakt in het ruitmotief. Het ruitmotief is gehaakt over de middelste 47 steken (4 ruiten). Aan weerszijden zijn 2 tunische basissteken gehaakt. Daarna is elke 3 cm 1 tunische basissteek gemeerderd. Op een hoogte van 3 1/2 ruit, is er nog een halve ruit toegevoegd in de breedte. In totaal is gemeerderd tot 73 steken en er is gehaakt tot de gewenste mouwlengte. Na de laatste toer is nog een toer in halve vasten gehaakt.

Afwerking

Alle delen zijn geblockt (gespannen) voor het vest in elkaar is gezet. Langs de V-hals zijn steken opgenomen en is een boord gehaakt van 5 toeren in het boordpatroon. Daarbij is op schouderhoogte aan weerszijde 3 keer 1 steek geminderd, om te voorkomen dat de boord te wijd zou worden.